Zonnepanelen werken door zonlicht om te zetten in elektriciteit. Dit gebeurt via een proces dat fotovoltaïsche energie-opwekking wordt genoemd. Een zonnepaneel bestaat uit veel zonnecellen, meestal gemaakt van silicium, een halfgeleidermateriaal. Wanneer zonlicht op een zonnecel valt, worden de fotonen (lichtdeeltjes) geabsorbeerd door het silicium. Dit geeft energie aan de elektronen in het materiaal, waardoor ze vrij kunnen bewegen. De vrijgekomen elektronen worden door een elektrisch veld in de zonnecel gedwongen om in een bepaalde richting te stromen, wat een elektrische stroom vormt. Deze stroom, ook wel gelijkstroom (DC) genoemd, wordt vervolgens omgezet in wisselstroom (AC) door een omvormer, zodat het gebruikt kan worden voor huishoudelijke apparaten of teruggeleverd kan worden aan het elektriciteitsnet. Zonnepanelen werken dus door het omzetten van zonlicht in bruikbare energie, waarmee je niet alleen kunt besparen op je energierekening, maar ook een bijdrage levert aan een duurzamere toekomst.